Kim heeft haar droom waargemaakt door vijf jaar geleden haar eigen wijnhuis te starten. En wat een succes is het geworden! Ze heeft nu zelfs haar eerste medewerker in dienst genomen en staat op het punt om haar vijfde jubileum te vieren. Dit wil ze graag samen met haar gewaardeerde klanten doen, dus ze heeft een speciale dag gepland vol heerlijke hapjes, leuke acties en natuurlijk … wijn.
Kim verwacht veel mensen en gelukkig kan ze rekenen op wat extra hulp. Haar lieve moeder en zus zijn enthousiast om een handje toe te steken. Het voordeel aan Kim haar eenmanszaak is dat ze gebruik kan maken van occasionele helpers zoals haar familieleden. Wat een geweldige manier om de band met haar dierbaren te versterken tijdens deze feestelijke mijlpaal!
Maar mag dit wel?
Occasioneel houdt in dat er niet meer dan 90 dagen per jaar wordt gewerkt. Van familieleden tot en met de 2de graad (ouders, broers en zussen, (klein)kinderen) wordt bovendien aanvaard dat zij zonder gezag de zelfstandige kunnen helpen.
‘Helpen’ betekent dat er geen enkele vergoeding tegenover staat. De aangeboden hulp is dus gratis.
Het is wel opletten met personen die een sociale uitkering genieten, zoals bijv. een ziekte – of werkloosheidsuitkering. Zij mogen niet occasioneel en/of gratis werken.
Stel dat Kim in de toekomst haar eenmanszaak omvormt naar een vennootschap, dan kunnen haar familieleden haar niet zomaar helpen zoals voorheen. Een vennootschap heeft immers geen familie. De twee aangewezen statuten zijn in dit geval dan de werknemer of de zelfstandige.
Simpel, of toch niet? Contacteer ons team van experten.